Denemarken speelt een cruciale rol als logistiek knooppunt in Noord-Europa, dankzij de strategische ligging tussen Scandinavië en Duitsland. Met een goed ontwikkelde infrastructuur, waaronder de Øresundbrug en een directe landverbinding met Duitsland, biedt het land uitstekende transportmogelijkheden.
De regio Sjælland, met Kopenhagen als economisch centrum, trekt steeds meer inwoners en bedrijven aan door de sterke groei in werkgelegenheid, infrastructuur en levenskwaliteit. Deze ontwikkeling creëert interessante kansen voor logistieke en commerciële investeringen in de regio.
De Fehmarn Belt Tunnel is een grootschalig infrastructuurproject dat Denemarken en Duitsland met elkaar zal verbinden en naar verwachting in 2029 wordt voltooid. Met een lengte van 18 kilometer wordt het de langste afgezonken tunnel ter wereld en het grootste infrastructuurproject van Denemarken. De tunnel biedt een vaste verbinding voor zowel spoor- als wegverkeer, waardoor de transportcorridor tussen Duitsland, Denemarken en Zweden aanzienlijk wordt verbeterd. Dit zal de logistieke efficiëntie verhogen en de regio nog aantrekkelijker maken voor internationale handel en transport.
Zodra de tunnel in gebruik is, zal de reistijd voor goederentreinen tussen Hamburg en Kopenhagen afnemen van ruim vier uur naar ongeveer 2,5 uur. Ook wegtransport, dat nu afhankelijk is van veerdiensten, zal veel sneller verlopen; de overtocht wordt teruggebracht van 45 minuten naar slechts 10 minuten. Naast de Øresundbrug zal de Fehmarn Belt Tunnel de infrastructuur in Noord-Europa verder versterken, waardoor Denemarken een nog centralere rol krijgt als logistiek knooppunt. Door de afhankelijkheid van veerdiensten te verminderen en transportefficiëntie te vergroten, zal de tunnel bijdragen aan een toename van de handel en economische groei in de regio.